Home » Polycultuurtuin » Pagina 2

Tag: Polycultuurtuin

Plant: Lathyrus

Lathyrus

 

Lathyrus odoratus is deze maand, april, bij de bloemisten de bloem van de maand.

In mijn tijd als bloemist werkte ik in de maanden April en Mei veel met de heerlijk geurende lathyrus. De meest mooie boeketjes zijn er mee te maken. Vanwege de kleuren en geur zijn ze ook populair in bruidsboeketjes.

Mijn favorieten bruidsboeket combinatie in die tijd was een losgebonden boeket met lathyrus en trosroosjes aangevuld met vrouwenmantel, kleine blauwe alliums en zwarte duizendschoon of astrantia. Liefst de trosroos ‘Dorus Rijkers’, prachtige zalmroze open gevulde bloemen, mooie zware takken die licht overhangen. Lathyrus wordt meestal als korte bosjes aangeboden met een aantal bloemen eraan. Soms worden ze ook aangeboden ‘met rank’, deze takken zijn meestal iets langer en zijn mooi grillig om mee te werken.

Lathyrus behoort tot de vlinderbloemenfamilie (Leguminosae). De Nederlandse naam is pronk- of siererwt. Odoratus betekent ‘heerlijk geurend’ en verwijst vanzelfsprekend naar de geur van de bloemen.

Lathyrus odoratus

Behalve de eenjarige lathyrus odoratus zijn er ook verschillende lathyrus soorten als vaste plant voor in de tuin.

Lathyrus latifolius afkomstig uit Midden- en Zuid-Europa. De soort is zelf hechtend en groeit tot zo’n 2 meter. Geeft grote bloemen die ook als snijbloem geschikt zijn.

Lathyrus vernus is een echte voorjaarsbloeier. Van oorsprong komt hij uit de bossen van de Kaukasus en Siberië. Hier groeit de lathyrus vernus bijna overal en kunnen ook goed tegen een plekje in de halfschaduw.Ze worden niet hoger dan zo’n 30 cm en vormen na de bloei nette ronde bolletjes die lang frisgroen blijven.

Lathyrus rotundifolius is verwant aan de L. latifolius en komt uit Iran en O. Turkije. Hij kan zo’n 2 meter lang worden en bloeit in de rode kleur. Een sport hiervan is de Lathyrus rotundifolius ‘Tillyperone’ deze heeft een vleugje paars in het rood en geurt heerlijk. Hij groeit ook d.m.v. korte worteluitlopers dus groeit snel uit.

Lathyrus gmelinii is een oranjegeel bloeiende lathyrus uit Midden- en Zuid-Europa die robuust uitgroeit en zo’n 60 cm hoog wordt.

Lathyrus transsylvanicus komt uit de Karpaten (hooggebergte Midden-Europa) en wordt tussen de 50 en 100cm hoog. Het is een langzaam groeiende soort met bruingele bloemen.

Benieuwd hoe deze planten zijn kijk dan eens op de site van Hans Kramer van ‘de Hessenhof’. Deze bovenstaande vaste plant lathyrus zijn te koop op zijn kwekerij.  http://www.hessenhof.nl/al/l011.html

Er zijn ook een paar lathyrus soorten die, behalve mooie bloemen hebben, ook nog te eten zijn.

Lathyrus sativus in Italie wordt dit peulgewasje al eeuwen lang uit de natuur gegeten, Cicerchia marchigiana genoemd. Ze eten de kleine onrijpe peultjes en de rijpe zaden worden gegeten als (droog)erwtjes. Eet ze alleen niet vaker dan 1x per week en kook ze 30 min. Bij mij zijn ze favoriet vanwege de prachtige azuurblauwe bloemen.

Lathyrus sativus

Lathyrus tuberosus komt in heel Europa voor zelfs in Nederland. De soort bloeit in Juli/Augustus met lila bloemen die ook heerlijk geuren. Dit soort wordt ook wel de aardakker genoemd. Je kan ze vinden aan de randen van akkers en wegen. De plant verspreidt zich door een wortelstok met kleine eetbare knolletjes. Hij wordt zo’n 30 tot 90 cm hoog.

Lathyrus tuberosus

Alle lathyrus soorten, of ze nu geuren of niet of je ze kan eten of niet, horen thuis in de tuin vanwege het feit dat ze uitstekende stikstofbinders zijn. Dus zoek je een bemestingsplant zet dan Lathyrus in je tuin.

 

Plant: Allium – Look

Allium, in Nederland Look genoemd, komt verspreid voor in gematigde streken van het noordelijk halfrond.  Het geslacht Allium bestaat uit zo’n 800 tot 1000 species en cultivars. Vele soorten allium hebben ondergronds een bol maar andere soorten vormen een verdikte wortel (schacht). De kleinbollige alliums maar ook de alliums die een verdikte wortel vormen, zijn zeer geschikt voor verwildering. De alliums met grovere bollen kunnen meerdere jaren in de grond blijven.

Alliums hebben een goed gedraineerde grond nodig. De meeste vragen een zonnige plek maar sommige kunnen in de halfschaduw groeien. Alliums bloeien meestal in de voorzomer en kunnen goed gecombineerd worden in de tuin. De soorten variëren in hoogte van 10cm tot 1,5M.

Behalve de sierwaarde van vele alliums kan je veel look soorten ook eten zoals: de ui (Allium cepa), knoflook (Allium sativum),  prei (Allium porrum) en de bieslook (Allium schoenoprasum) en de in ons land verwilderde Daslook (Allium ursinum).

Allium ursinum

Andere mooie kleinbloemige looksoorten die, zowel mooi en makkelijk in de tuin groeien, als lekker zijn om te eten zijn bijv.: Allium cernuum, Allium moly,  Allium carinatum, Allium tuberosum (knoflook bieslook of chinese bieslook) en Allium triquetrum (Driekantig look).

.

Allium cernuumAllium molyAllium carinatumAllium tuberosumAllium triquetrum

 

Zet ook eens de oerprei  (Allium ampeloprasum var. bulbiferum) in je border of de St.Jans ui (Allium fistulosum var. bulbifera) en de Stengelui (Allium fistulosum). Lekker en mooi! Vooral in een eetbare tuin mogen verschillende soorten allium niet ontbreken

Allium fistulosum

Plant:Koningslinde

Linde – Tilia europaea

Koningslinde

Afgelopen week zijn er met de Nationale Boomplantdag weer veel bomen geplant. Ter gelegenheid van de komende troonswisseling zijn er dit jaar ook veel  linde bomen geplant.

Een lindeboom is een echte herdenkingsboom en sinds het ontstaan van het Nederlandse Koningshuis is het een traditie om bij elke troonswisseling een zogenoemde Koningslinde te planten.

De Koningslinde is een cultivar van de Hollandse linde de Tilia europaea ‘Pallida’. De linde komt al eeuwen lang voor in ons land en kan meer dan duizend jaar oud worden. De linde werd en word veel aangeplant in parken en lanen. De Hollandse linde kan nogal veel last hebben van luis. De luis scheidt honingdauw af, een suikerhoudend vocht, waarop weer schimmels groeien zoals roetdauw. Deze honingdauw drupt van de lindebomen en zorgt ervoor dat alles wat eronder staat bedekt wordt met een plakkerig laagje. Tilia cordata, de kleinbladige linde en Tilia tomentosa, de zilverlinde hebben hier minder last van.

Als lei- of knotboom kan de boom voor de nodige schaduw zorgen of bescherming bieden tegen inkijk. De linde heeft frisgroen blad en in de maanden juni- juli bloeit de linde met heerlijk geurende bloemen. Deze bloemen bevatten veel nectar en worden druk bezocht door hommels en bijen.

Tilia cordata

De lindebloesem honing is bekend en veel mensen weten dat je van de bloesem lekkere thee kunt maken. Maar ook het zoete sap kan je in het voorjaar tappen en drinken of er siroop van maken. Zelfs de jonge bladeren van de linde, vooral van de Tilia cordata en de Tilia platyphyllos, kunnen gegeten worden. Het jonge blad word door permaculturisten gebruikt in salade of als vervanging van sla.

Een mooie linde voor in de tuin is de Tilia henryana, gewimperde linde of Chinese linde. Deze linde blijft relatief laag, circa 4 tot 5 meter. Opvallend aan deze linde is dat het blad roze tot roodbruin uitloopt en vervolgens naar groen verkleurt. De bloeitijd van de Tilia henryana is eind juli-augustus en ook deze wordt dan veel bezocht door de hommels en bijen. In de PolycultuurTuin van Mergenmetz is deze linde aangeplant en zo gauw de eerste blaadjes verschijnen zullen we kijken of ze lekker zijn.

Tilia henryana